In Maastricht woont en werkt een verwoordend Woordenmeisje. Woordend wordend heeft ze in de keuken van het HuismethetHandje fluisterend gewoord. De keuken die ze tijdens het House of Whispers omwoordde tot Sprookjeskeuken. Daarna woordde deze brief binnen.
Hallo huis,
Sta je nog? Hebben de treden geen spierpijn, de deuren geen knars en de vloeren eindelijk weer lucht?
Ik zit inmiddels met een kopje thee fris gedoucht blozend de nacht in te
staren. Het was een enorm bos vol warmte bij jou binnen. Stiekem ben ik een
beetje trots dat ik een herinnering aan je mocht toevoegen. Dankjewel.
Geef Paul en Gonnie van mij een pot met honing met twee lepels; een voor de
verkoudheid en een voor de lekkere lekker. Oja, en vertel Paul dat ik van
mopperen houd, berengemopper met twinkels in de ogen en een strenge
snoet.
Mocht een van mijn woordenmengels ooit inspireren tot een tekendrang; ik
zou nog harder blozen. Maar dan kom ik danken in Frankrijk, want op bruine
wangen is geen bloos.
Tot zwaais.